donderdag 27 maart 2025

Een monument voor de Rotterdamse popmuziek

 

 

Maar liefst vijf jaar was Remko van Bork bezig met het schrijven van Rotterdam Popstad. Zeventig jaar popmuziek in de Maasstad bracht hij in kaart, wat resulteerde in een vuistdik naslagwerk van 559 pagina’s waarin iedere muziekliefhebber wel iets van zijn gading kan vinden.

In zes genrehoofdstukken en vier hoofdstukken die een periode belichten wordt een indrukwekkend overzicht gegeven van bands, artiesten, platenlabels, podia, festivals et cetera. Vanzelfsprekend heeft Van Bork daarbij een keuze moeten maken. Die keuze, die hij in het nawoord verwoordt, is echter zo breed dat elke band of artiest die van enige betekenis is geweest voor de Rotterdamse popmuziek in het boek voorkomt. De genres die een afzonderlijk hoofdstuk krijgen toebedeeld hebben speciale betekenis gehad voor de ontwikkeling van de Rotterdamse popmuziek of reikten tot ver daar buiten.

De indorock, die in alle Nederlandse steden het startsein van de lokale popmuziek is, staat logischerwijs in het beginhoofdstuk centraal. Vervolgens belandt Van Bork via de periode 1960-1975 bij de Rotterdamse soul. Was Den Haag Nederlands beatstad nummer 1, wat soulmuziek betreft stond Rotterdam bovenaan. Ook metal, punk, dance en hiphop komen in eigen hoofdstukken aan bod. Tussendoor komt de lezer alles te weten over de periodes 1975-1990, 1990-2005 en 2005 en verder.

Waar de periodehoofdstukken logischerwijs in de tijd afgebakend zijn, bestrijken de genrehoofdstukken, met uitzondering van het beginhoofdstuk, de periode van ontstaan tot de huidige tijd. Zo begint het hoofdstuk over soul eind jaren zestig, wanneer veel van de eerder ontstane beatbandjes met toevoeging van een blazerssectie overstappen naar soulmuziek. Rotterdam Soulstad beleeft zijn hoogtepunt in 1969. Bekendste in het genre zijn Free en Swinging Soul Machine, met op de leadzang Iwan ‘Spooky’ Groeneveld. Hij zou later bekend worden als helft van het duo Spooky and Sue, die uiteraard ook in dit hoofdstuk aan bod komen. Via de thema’s R&B (met onder andere Re-play en Roméo), Soul Sisters (zoals Sabrina Stark en Shirma Rouse) eindigt het hoofdstuk met Overige Soul in de jaren tien met artiesten als Dragonfruit en Nana Fofie.

Ook de andere hoofdstukken zijn onderverdeeld in verschillende subgenres afgewisseld met stukken over onder meer podia en platenzaken in het betreffende genre en festivals. De belangrijkste en bekendste artiesten en bands komen uitgebreider aan bod, waarna de onbekendere beschreven worden. Daarnaast bevat elk hoofdstuk lemma’s over personen die een belangrijke rol hebben gespeeld in het besproken genre of tijdvak. Daardoor blijft het boek ondanks de opsommingen van bands, artiesten en releases goed leesbaar. Bovendien heeft Van Bork de beeldarchieven grondig doorgespit en is het boek ruimschoots voorzien van beeldmateriaal.

Alle Rotterdamse coryfeeën passeren de revue. Daarbij hanteert Van Bork het begrip popmuziek in de ruimste zin van het woord, waardoor ook bekende Rotterdamse artiesten als André van Duin, Jacques Herb, Anita Meyer en natuurlijk Lee Towers aan bod. Na lezing is duidelijk wat een ontzettende rijkdom aan popmuziek Rotterdam heeft voortgebracht en ook wat de betekenis van de stad voor ontwikkelingen, niet alleen binnen Nederland, maar in bepaalde genres ook internationaal, heeft gespeeld.

In alle beschrijvingen valt vooral het enthousiasme waarmee het boek geschreven is op. Je leest het plezier dat Van Bork bij het onderzoek voor en het samenstellen van het boek heeft gehad van de pagina’s af. Dat komt met name naar voren in de subjectieve oordelen die her en der te lezen zijn. In het nawoord benadrukt hij dat al die kwalitatieve oordelen, zoals ‘een aanstekelijk refrein’, ‘een transparant geproduceerd album’ of ‘een braaf nummer’ van hem zijn, maar dat dat altijd gebaseerd is op het beluisteren van de muziek. Juist deze persoonlijke oordelen maken de lezer benieuwd naar de muziek. Met enige regelmaat onderbrak ik het lezen om op Discogs of Spotify een nummer of plaat op te zoeken en na beluistering aan te schaffen.

Met Rotterdam Popstad heeft Remko van Bork een monument opgericht voor de popmuziek in al zijn facetten in Rotterdam. Een naslagwerk dat nog met enige regelmaat uit de boekenkast getrokken gaat worden om wat op te zoeken.

 

Remko van Bork: Rotterdam Popstad. 70 jaar Rotterdamse popmuziek. Rotterdam: Popunie, 2025. Prijs: 29,95 euro. Te bestellen via popunie.nl.


 

Verschenen in: Platenblad, nr. 289, 12 maart tot 23 april 2025

zondag 16 maart 2025

The Replacements top 3

Voor elk nummer van Platenblad vraagt René van Kaam zijn lezers om een top 3 van een artiest of band. Het laatste nummer was dat van The Replacements. Hieronder mijn inzending.

 


 

1. Please To Meet Me

2. All Shook Down

3. Let It Be Me

 

Als Paul Westerberg zich in 1979 bij de broers Tommy (bas) en Bob Stinson (gitaar) en Chris Mars (drums) voegt, zijn The Replacements een feit. De eerste drie platen klinken nogal rommelig en bevatten een soort trashrock, snel en hard. Optredens ontaarden met enige regelmaat in chaos door het overmatige drankgebruik van de band. Met Let It Be verandert de koers enigszins en wordt het repertoire uitgebreid met meerdere genres. De plaat maakt duidelijk dat Paul Westerberg een begenadigd songwriter is. Het is de voorbode van het kenmerkende geluid van The Replacements. Wat mij betreft de beste plaat in de oorspronkelijke samenstelling.

Na vier platen op het Twin/Tone label verschijnt de opvolger Tim, geproduceerd door Tommy Ramone, bij het major label Sire. Het bevat dezelfde mix aan stijlen en daarmee niet echt veel nieuws. Op achtergrondvocalen op Left Of The Dial is Alex Chilton te horen. Zijn invloeden zijn duidelijk terug te horen bij The Replacements. Poppy ballads en chaotische composities wisselen elkaar af. Iets waar de meester zelf ook erg goed in was.

Op Please To Meet Me valt alles op zijn plaats en is eindelijk, ondanks de verschillende genres, een soort eenheid te horen. De band is dan inmiddels uitgedund tot een trio aangezien Bob Stinson niet langer te handhaven was. Jim Dickinson tekent voor de productie. De link met Alex Chilton is snel gelegd aangezien hij ook de derde plaat van Big Star en solowerk van Chilton produceerde. In het nummer Alex Chilton bevat de plaat een eerbetoon aan hem. Ondanks de verschillende soorten nummers klinkt de plaat als een organisch geheel. De rustigere nummers klink net zo energiek als de snellere. Het is het onbetwiste hoogtepunt van The Replacements. De opvolger, Don’t Tell a Soul, ligt in de lijn van zijn voorganger maar is vlakker van productie.

Niet lang daarna wordt de band ontbonden en denkt Westerberg een solocarrière te beginnen. Contractuele verplichtingen leiden echter tot een laatste plaat van The Replacements. All Shook Up is uiteindelijk toch meer een soloplaat aangezien de oorspronkelijke bandleden slechts op één nummer samen spelen. De plaat is het zoveelste bewijs van het songwritingtalent van Westerberg. Dat hij verschillende genres machtig was was al eerder te horen. Maar ook hier levert het een eenheid op zijn het in een rustiger geheel. De akoestische gitaar wordt vaker gehanteerd dan de elektrische. Eén keer pompt de adrenaline nog in een ouderwets Replacementsnummer wanneer Terry Reid op My Little Problem Westerberg assisteert op gitaar en zang. Een waardig afscheid van The Replacements.

 

Verschenen in: Platenblad, nr. 289, 12 maart tot 23 april 2025

zaterdag 15 maart 2025

Platenzaaksticker #411


Electro Stam
Hoorn 

Op label, Elly Nieman & Rikkert Zuiderveld, LP, De Draad van Ariadne, Imperial 5C 054-24347 (Nederland, 1971)

Afwijkend in vorm en formaat, maar de zwarte en negatieve belettering op een gouden achtergrond zijn dan weer wel gangbaar. Een achthoekige van dit minuscule formaat ben ik nog niet eerder tegengekomen. De woonplaats Hoorn is nauwelijks leesbaar en ik heb ook even moeten zoeken waarom deze plaat bij een partijtje zat dat ik van Erwin van Delden kreeg. Daarvoor moest hij eerst uit de hoes.

Stam was een van de vele elektronicawinkels die ook vinyl verkocht. Er is nog steeds een Electro Stam Beheer in Hoorn op Eikenhof 10. Het bedrijf richt zich op het beheer van vermogensbestanddelen en het besturen van andere vennootschappen. Met electro heeft dat niet veel meer te maken. In de jaren zeventig zal de firma waarschijnlijk in de binnenstad of aan de rand daarvan gevestigd zijn geweest. Elly Nieman en Rikkert Zuiderveld, beter bekend onder hun voornamen Elly & Rikkert waren niet bepaald top 40-artiesten, maar zaten aanvankelijk meer in de folkhoek. Dat duidt er op dat er toch een redelijk aanbod aan vinyl bij Stam geweest moet zijn.

woensdag 26 februari 2025

Platenzaaksticker #410


Technisch Bureau
ELRES 
Keizerstraat 9
Haarlem
Telefoon 1 27 97

Op achterzijde hoes, Kenny Ball, LP, Kenny Ball's Golden Hits, Pye Golden Guinea Records GGL 0209 (Verenigd Koninkrijk, 1966)

De bekende plakbandsticker, al geloof ik niet dat er eerder een zwarte is geweest. Meestal is de kleurkeuze andersom, bijvoorbeeld zwart op een gele achtergrond, of zwart op rood zoals de vorige sticker.

'Elres is al meer dan 85 jaar een begrip in het centrum van Haarlem', zo is op de website van de winkel te lezen. Dat betekent dat de winkel dus al in 1940 bestond. In de beeldbank van het Noord Hollands Archief is, naast andere foto's, onderstaande foto uit 1988 terug te vinden met daarop de eigenaar, Ed van de Rest, in het interieur van de winkel.

 
Bron: Noord Hollands Archief, collectie De Boer
 
Het ligt voor de hand dat Elres de afkorting is van Elektronica Van de Rest, waarbij de voorvoegsels en de laatste letter van de achternaam zijn weggelaten. Aangezien de winkel in 1988 al meer dan veertig jaar bestond is Ed waarschijnlijk een nazaat van de oprichter van de winkel. Elres was een van de vele elektronicawinkels die naast afspeelapparatuur ook geluidsdragers in het assortiment had. Dat is inmiddels al een tijdje niet meer het geval. Wel worden er nog steeds witgoed en audiovisuele apparatuur verkocht. Hieronder een recente foto van het winkelpand.
 

 

woensdag 19 februari 2025

Platenzaaksticker #409

 

La Boîte à Disques
22, Av. Jean Volders
Bruxelles 6
Tel. 37.22.67

Op achterzijde hoes, Charles Aznavour, 7", L'Amour A Fleur De Coeur, Ducretet Thomson 460 V 20001 (Frankrijk, 1963) 

Vorige week in Brussel, dus als het even mogelijk is, gaat er dan een sticker mee terug. Deze vond ik op de vlooienmarkt op het Vossenplein.

De bekende plakbandsticker met duidelijk zichtbaar de rafels aan beide zijden waar hij afgescheurd is.

Op het blog La Boîte à Discques van Philippe Schoepen is de geschiedenis van de winkel terug te vinden. Die heeft niet toevallig dezelfde naam als de winkel van de sticker. Philippe is de zoon van Marie Van Brabant, de eigenaresse van de winkel. Marie had de winkel in de Brusselse wijk Sint-Gillis van 1963 tot 1987 zo is daar te lezen. De winkel bestond daarvoor al vijf jaar. Zij nam hem samen met haar man Camille Schoepen (inderdaad broer van 'Bobbejaan' Schoepen, de zingende cowboy) over. Terwijl haar man voor RCA bleef werken beheerde Marie de winkel. Marie was haar werkzame leven als secretaresse bij RCA begonnen.

Op het blog is ook nog een platenzak van de voorganger en een plastic tas van La Boîte à Disques te vinden. 

 
Een singlehoesje van de winkel voor Marie Van Brabant die overnam. Bron: blog Philippe Schoepen
 
Tasje voor singles uit de tijd dat Marie Van Brabant de winkel had. Bron: blog Philippe Schoepen

Nadat de man van Marie in 1983 stierf heeft ze de zaak nog tot 1987 voortgezet. De concurrentie met de aanbiedingen van de FNAC-winkel kon ze niet meer aan, waarna ze de winkel sloot.
 
Interieur van de winkel. Bron: blog Philippe Schoepen

woensdag 5 februari 2025

Platenzaaksticker #408

 

Disco-Hoek N.V.
Brouwersgracht 139
hoek Willemsstraat
Tel. 242612 - Amsterdam

Op achterzijde hoes, Kathleen Ferrier with The London Philharmonic Orchestra, 10", A Recital Of Bach Arias, Decca LW 5083 (Verenigd Koninkrijk, 1954)

Aangezien de sticker niet uit zichzelf bleef plakken was er hulp nodig van een stukje plakband. En dat was goeie, want hij houdt het nog steeds.

Disco-Hoek zat aan het randje van de Jordaan, waar tegenwoordig Espressobar Tazzina zit. Een mooi, hoog hoekpand, met glas in lood in de bovenramen.

Een toepasselijke naam voor een platenzaak die op de hoek van twee straten zit. De winkel komt voor op de website van Peter Haitsma, die beschrijft hoe hij zich zijn vader voorstelt die in Disco-Hoek de platenbakken doorploegt. Dat moet, na enig rekenen, eind jaren 50, geweest zijn. In de beeldbank van de gemeente Amsterdam is beeld terug te vinden uit 1954. Op het moment van de foto zit er een vruchtendrankhandel, maar die was natuurlijk geen lang leven beschoren aan een gracht waar, zoals de naam al zegt, vooral bier werd gebrouwen. Niet veel later zal Disco-Hoek in het pand getrokken zijn.

Op de website van het Jordaanmuseum is wat meer over de winkel terug te vinden. De winkel blijkt van Jantien van Breen en haar vader Henk van Breen geweest te zijn. Op de website is te lezen: 

'In 1958 organiseerde Discohoek in samenwerking met Phonogram optredens van radio- en tv-artiesten op de Willemsstraat. In het album zitten foto’s van: The Fouryo’s, The Leedy Trio, Frans Popti & Eddy Christiani, De Mounties, Duo de Munck, Rita Corita, Ria Verda, Willy Alberti, Dutch Swing Collegeband, Jan Burgers and his New Orleans Syncopators, De Wama’s, Royal Hawaiian Minstrels, The Butterflies, Tom Kelling en The Three Jacksons.'

 
De Dutch Swing College Band in de Willemsstraat. Bron: Fotoalbum Discohoek

Dit soort feesten waren niet ongebruikelijk bij platenzaken in de Jordaan zoals te lezen is bij sticker 229 van De Draaitafel aan de Lindengracht.

Op Facebook is nog meer informatie over de winkel te vinden. Disco-Hoek blijkt niet een pure platenzaak te zijn, maar een radio- en tv-zaak, die ook singles en lp's verkocht. Aanvankelijk was het ook een postorderbedrijf. In 1974 sloot de winkel. Daar is ook onderstaande foto te vinden.

Bron: Stadsarchief Amsterdam

De winkel behoort tot de officiële dealers van His Master's Voice zo is te zijn aan het uithangbord in de Willemsstraat. Rechts naast de toegangsdeur hangen twee rijen met platen. Zowel als lichtbak als op de winkelruit is Discohoek aan elkaar geschreven in tegenstelling tot op de sticker. Er zijn ook twee advertenties van Discohoek uit respectievelijk 1959 en kerst 1960 te zien:

 

Grammofoonplaten kostten in die tijd bij Discohoek slechts fl 1,95, nog net niet 1 euro.