woensdag 2 februari 2022

Platenzaaksticker #377

 

 

Elpee
Amsterdam - Arnhem - Breda - Den Bosch - Delft - Enschede - Groningen - Haarlem - Wageningen

Op voorzijde hoes, Rory Gallagher, LP, Live! In Europe, Polydor 2383 112 (Verenigd Koninkrijk, 1972)

Een herkenbare sticker voor de platenkopers uit de jaren zeventig en tachtig. De schreefloze letter tegen een gele achtergrond. De winkelketen zat, getuige de namen op de sticker, aardig over het land verspreid.

De winkelketen Elpee begon halverwege de jaren zeventig met een winkel in Arnhem, daarna volgde Amsterdam en in december 1975 Haarlem. De drie eigenaren van de winkel richtten samen de b.v. Elpee op. Op het hoogtepunt van de winkelketen waren er 33 winkels, waarvan een in Duitsland en twee in België. De keten bestond tot 1984. 

Over de reden dat de keten stopte, deden verschillende verhalen de ronde. Jan Kooi, die samen met Jan Gorter het filiaal in Groningen overnam, vertelde in een interview in 2010 met 3voor12, dat de eigenaar van de keten er met al het geld vandoor ging naar een kibboets in Israël. In het boek Little White Wonder, over bootlegs in Nederland, vertelt auteur Charles Beterams dat de winkelketen uiteindelijk ten onder ging aan de proceskosten naar aanleiding van de bootleg Gather No Moss van The Rolling Stones die Elpee exclusief lanceerde.

Franklin Misset, een van de drie initiatiefnemers en eigenaar van de winkel in Haarlem, ontkracht beide verhalen. De eigenaren van de b.v. hebben de winkels voor een deel aan de filiaalnemers verkocht en de rest gesloten. Er was noch sprake van een vlucht, noch van een failissement als gevolg van een rechtzaak. Hij zette zelf de filialen in Haarlem en Leiden voort. De laatste verkocht hij daarna aan zijn zwager, die daar filiaalhouder was. Het filiaal in Haarlem, aan de Gedempte Oudegracht, sloot hij in 1986 om in de Frankestraat verder te gaan onder de naam Frank's Platenhol. Dat verkocht hij in 1987.  

TOEVOEGING HAARLEM, 16 FEBRUARI 2022

Franklin stuurde me nog enig beeldmateriaal van het Elpee-filiaal in Haarlem

Bovenstaande reclameflyer maakt duidelijk dat Elpee gevestigd was aan de Gedempte Oudegracht op nummer 75.

Poster voor de uitverkoop, waar al sprake is van Frank's Platenhol. Bron: Franklin Misset


 Collage van de uitverkoop aan de Gedempte Oudegracht 75 in 1986. Fotografie: Franklin Misset

Momenteel zit er een parfumwinkel in het pand, Perfumes of the Past



Den Bosch

Het filiaal in Den Bosch verhuisde van de Kolpertstraat via de Hinthamerstraat naar de Vughterstraat. Daar trok eigenaar Paulus Tops in augustus 2002 de stekker uit de winkel. Tops was een van de filiaalhouders die de winkel van de keten overnam.


Winkelpand van Elpee in de Vughterstraat 60, Den Bosch, 2002. 
Fotografie: Gerard Monté.


Groningen

In Groningen namen, zoals eerder gezegd, Jan Kooi en Jan Gorter het Groningse filiaal over. Dat was in 2005, dus na de verzelfstandiging. Hun voorganger, van wie ze de winkel overnamen, was de laatste filiaalhouder aldaar. Zij gingen verder onder de naam Elpee Groningen. Daarmee is het momenteel het enige filiaal dat nog in bedrijf is. Na het overlijden van Kooi, het afgelopen jaar, bestiert Gorter de zaak.

 

Wageningen

Het Wageningse filiaal zat op Hoogstraat 71.



Winkelpand Elpee, Hoogstraat 71, Wageningen, circa 1980. 
Bron: Beeldbank Wageningen.

In hetzelfde beeldarchief kwam ik onderstaande reclameposter tegen. 


Reclameposter Elpee. Bron: Beeldbank Wageningen.

 

Leiden

Zoals aangegeven, bestond de keten op haar hoogtepunt uit 33 filialen. Zo was er, naast de op de sticker vermelde filialen ook een filiaal in Leiden, bestierd de zwager van oprichter Franklin Misset. In een artikel in NRC Handelsblad beschrijft oud-medewerker Yaël Vinckx haar jaren bij de winkel, die in oktober 2007 door de toenmalige eigenaar Nanne Wagenaar gesloten werd. 

 

Eindhoven

Ook Eindhoven had een eigen Elpee en wel op de hoek van de Rechtestraat en de Ten Hagestraat.


TOEVOEGING 16 FEBRUARI 2022

Franklin Misset stuurde ook nog onderstaande foto van een tas van Elpee.


Behalve de filialen in Leiden en Eindhoven, die niet op de sticker vermeld staan, wordt hier ook nog Nijmegen vermeld.



Met dank aan Franklin Misset, die de nodige fouten uit de orginele tekst haalde en een en ander aan informatie toevoegde en Peter Bruyn.


dinsdag 1 februari 2022

Those Were The Days

 


Op 20 juni 2020 wordt Constant Meijers gebeld met de mededeling dat Don Henley hem wil begroeten na afloop van een concert van The Eagles in de Ziggo Dome. Ze hebben elkaar voor het eerst begin jaren zeventig, in de tijd dat Meijers hoofdredacteur van Muziekkrant Oor was, ontmoet, maar het contact was de laatste decennia enigszins verwaterd. Na veel geharrewar en over en weer contact met diverse mensen om Henley heen, wordt geregeld dat Meijers en Henley elkaar kunnen ontmoeten. Hij posteert zich tegen het einde van het concert in de coulissen op een strategische plek waar Henley wel langs moet komen op weg naar de uitgang. Na een paar toegiften verlaat de drummer als eerste het podium aan de achterkant en herkent Meijers. Meijers omhelst hem en na een kort gesprek zegt Henley ‘Well, I just wanted to thank you for everything’, stapt in de gereedstaande bus en laat een enigszins verbijsterde Meijers achter. De zin houdt hem bezig en leidt er uiteindelijk toe dat hij achter de laptop kruipt en een stuk schrijft over zijn belevenissen met The Eagles.

Het blijkt de aanzet voor de 350 pagina’s die Hotel California telt, waarin de voormalig hoofdredacteur terugblikt op zijn jaren als popcriticus. Dat waren vooral de jaren zeventig, de jaren dat het rock ‘n’ rollcircus zijn hoogtijdagen vierde. Meijers stapte aan het begin van de rit in en verliet het circus een paar jaar na de opkomst van punk als reactie op de gezapigheid waar de rockmuziek in terecht gekomen was. De aardige jongens uit de begintijd waren inmiddels miljonair en wisten bij God niet wat ze met al dat geld aan moesten. Het vele touren om de geldstroom gaande te houden eiste zijn tol en leidde tot excessief drugs- en alcoholgebruik en zette de verhoudingen tussen bandleden op scherp. Van de aardige jongens was tegen die tijd niet veel meer over. Precies die ontwikkeling schetst hij in het openingsartikel naar aanleiding van de ontmoeting met Henley op de voor hem herkenbare manier.

Die manier kenmerkt zich doordat Meijers zich opstelde als een soort cultureel antropoloog die veldonderzoek deed volgens de methode van participerende observatie. Hij probeerde deelgenoot te worden van de artiesten, trok met ze op, nam een trekje van een rondgaande joint en later een lijntje coke, kwam bij ze thuis, luisterde naar ze als ze het moeilijk hadden en voorzag ze, afwijkend van de participerende observatie, van adviezen over hun carrière. Het is een stijl waar je van moet houden, want Meijers is onderdeel van het verhaal. Het gaat niet alleen over de artiesten, maar ook over Meijers zelf en de manier waarop er met journalisten wordt omgegaan. Dat is, zeker in de beginjaren, erg amicaal, al vergt het wel enig doorzettingsvermogen en branie van de journalist. Meijers weet zich bijna overal naar binnen te werken, dankzij het netwerk dat hij gestadig opbouwt. Dat levert veel leuke verhalen op, die soms ook helemaal niet over de muziek gaan, maar wel een indruk geven van het wereldvreemde leven van popmuzikanten in die tijd. Ze zijn allemaal op zoek naar erkenning. Als ze die niet krijgen ligt dat aan een ander en als het ze lukt en ze zijn succesvol is dat meestal het begin van het einde.

Zoals al gezegd bestrijkt het boek vooral de jaren zeventig en de muzikanten die in die periode actief waren. Een aantal daarvan zal de jongere generaties niets zeggen, zoals Tim Hardin, Brian Eno, Todd Rundgren of Lee Dorsey. Daarmee lijkt de schrijver zich dan ook vooral op zijn leeftijdgenoten te richten en laat dat nu precies de lezers van Platenblad zijn. Ik heb het boek in ieder geval achter elkaar uitgelezen en genoten. Als Neil Youngfan is dat sowieso geen probleem want die loopt als een rode draad door het boek. Opkomende verliefdheid wordt bij Meijers begeleid door liedjes van Young, net als de deceptie na de afwijzing. Ik moet bekennen dat het me erg bekend voorkomt.

Ondanks dat het merendeel van de stukken over popmuziek in de jaren zeventig gaat, zijn ze erg afwisselend. Niet alleen qua lengte, maar ook wat betreft het onderwerp. De stukken naar aanleiding van interviews en belevenissen worden afgewisseld met beschrijvingen van de opkomst van de popjournalistiek, de concurrentie met andere muziekbladen en het zakelijke wel en wee in die branche. Meijers belandt, als student Theaterwetenschappen, in de popjournalistiek en schopt het binnen een paar jaar tot hoofdredacteur van Muziekkrant Oor, om uiteindelijk na een overname door Elsevier aan de kant geschoven te worden.

In de jaren tachtig trekt hij zich geleidelijk uit de popmuziek terug, al wordt hij door zijn ‘vrienden’ nog regelmatig backstage uitgenodigd als ze in het land zijn. Zijdelings blijft hij bij de popjournalistiek betrokken. Zo begeleidt hij Wessel van Diepen als die in 1989 op bezoek gaat in Michael Jackson’s Neverland en verdiept hij zich in de jaren negentig uitgebreid in het leven van Elvis’ manager Colonel Parker, alias Dries van Kuijk, met het idee er een musical of documentaire over te maken. Ook verschijnt hij met enige regelmaat aan de tafel bij Matthijs van Nieuwkerk als een popcoryfee uit de jaren zestig of zeventig in het land is of de pijp aan Maarten geeft.

Het getuigt van eerlijkheid dat hij eind jaren zeventig tijdens de opkomst van punk toegeeft dat al die ‘nieuwe muziek’ niets voor hem is. Of zoals hij schrijft: ‘Reinigend vermogen van binnenuit, dat is je ware rock-’n-roll. Maar plezier beleef ik er niet aan. Hier begint een volgende generatie aan haar eigen revolutie en om me daarbij aan te sluiten vind ik niet geloofwaardig. Je kunt niet twee keer jong zijn. Ik leg me erbij neer dat ik van hippie een ‘oude hippie’ word, zoals een aantal van de nieuwe, jonge medewerkers me toevoegt.’ Gelukkig zijn er genoeg ‘oude hippies’ die van zijn verhalen kunnen genieten.


Verschenen in: Platenblad, nr.265, 29 januari t/m 11 maart 2022, p. 33-34.


Constant Meijers – Hotel California & andere rock-‘n-roll verhalen

Mooks Publishing, ISBN 9789082309058

Prijs: € 29,95